Onderwijsprogramma

In de onderbouw

De leerlingen worden voorbereid op de wisselingen die komen in de volgende jaren. De aanpak en dagindeling zijn groepsgericht. Het onderwijsaanbod in de onderbouw is breed en bestaat uit leer- en praktijkvakken. Onze leervakken zijn gericht op de praktijk. Ook is er veel aandacht voor burgerschap en voorbereiding op werk of dagbesteding. Het onderwijs is gekoppeld aan het uitstroomprofiel van de leerling. De leerlingen maken kennis met alle praktijkvakken als oriëntatie op de verschillende sectoren op de arbeidsmarkt. Onze leerlingen leren de praktische vaardigheden van vakmensen: de praktijkinstructeurs.

In de middenbouw

De leerlingen volgen naast onderwijs in de groep de praktijklessen buiten hun groep. De praktijkinstructeurs delen hun vakkennis en praktijkervaring als leeractiviteit met onze leerlingen. De leerlingen leren over het vak en het werken in de praktijk. Voor leerlingen in leerroute 3 en hoger werken we met de methode Werkportfolio en proberen we leerlingen op te laten gaan voor een branchecertificaat van ‘Scholing voor Arbeid’ (SVA). Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van zowel de algemene werknemersvaardigheden als de speciale vakkennis en competenties. Voor leerlingen van leerroute 1 en 2 geldt dat in de praktijkvakken meer aandacht is voor zelfredzaamheid en het ontwikkelen van competenties.

In de bovenbouw

Leerlingen volgen lessen die aansluiten bij hun uitstroomrichting, praktijkkeuze en stage. Belangrijke thema’s in de bovenbouw zijn: wonen, werken, burger- schap, leren en vrije tijd. De leerlingen komen drie tot vier dagen per week naar school. In deze fase vormt de stage een belangrijk onderdeel van het leerproces. Een goede stage is vaak de basis voor een mooie uitstroomplek in dagbesteding of (beschutte) arbeid. In leerjaar zes bouwen we de stage steeds verder uit en komen de leerlingen nog twee tot drie dagen naar school. De leerlingen worden in de bovenbouw voorbereid op het echte werk.